logo_musiczine_nl

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

frank_carter_an...
Shaka Ponk - 14...

Asobi Seksu

Fluorescence

Geschreven door

Nog nooit van gehoord, zegt u? Nochtans is dit duo in thuisland Amerika één van de groepen die geboekstaafd staan als bands die het zouden moeten maken en waarbij je hun muziek reeds kon horen in kwakkelseries als ‘Ugly Betty’.
Het is inderdaad niet echt een referentie die telt en het doet de shoegazepop van Yuki Chikudate en James Hanna allesbehalve eer aan.
Vanaf de eerste blik op de hoes  is het overduidelijk dat men hier zijn inspiratie vond in de vele Vaughan Oliver-werken op het 4-AD label en die invloeden hoor je ook meer dan terug in hun muziek.
Toegegeven, de dreampop van dit New Yorks duo is niet echt origineel te noemen maar dat neemt niet weg dat deze plaat mooi in je platenkast kan staan naast pakweg Lush of zo. Vernieuwend is dit geenszins maar wel bloedstollend mooi.

Perverted

Vote Reverend Greed

Geschreven door

De meeste bands zouden er moedeloos van worden, behalve Perverted By Desire (of gewoonweg Perverted) die na een kwarteeuw ploeteren in de underground terug opnieuw tevoorschijn komen gekropen met ondertussen hun negende album.
Spilfiguren Genius I en 2M (uitspreken als Double M) moet je niks meer wijsmaken, zeker niet als je weet dat ze ooit in zee zijn gegaan met een krankzinnige producer als Wayne Kramer.
Wie Perverted By Desire een beetje kent weet dat deze Limburgers tot alles in staat zijn en dat ze het soort band zijn die voor geen enkel genre  hun neus ophalen, ook al klinkt deze nieuwe plaat verschrikkelijk veel op wat Jon Spencer met zijn Blues Explosion uitstak.
Vanaf het begin schreeuwt Genius “Are you ready for the Perverted?” waarbij meteen een schurende fuzzgitaar zijn intrede doet en met zoiets ben je meteen in de ban van een halfuurtje No Wave ook al denk je door de inbreng van 2M je ook aan Riot Grrrl-groepen uit het verleden.
Perverted zou echter Perverted niet zijn moesten ze niet een beetje experimenteren en dat is dan ook wat je krijgt op het tweede deel van de cd waarin allerlei wereldmuziekinvloeden de kop komen opsteken.
De ommedraai maakt Perverted weliswaar een band met vele gezichten maar het maakt van ‘Vote Reverend Green’ ook een iewat schizofreen album, maar met een half briljant album zijn we hier ook al dik tevreden.

Röyksopp

Senior

Geschreven door

Het Noorse duo Rocksöpp zorgde ervoor dat hun beeldrijke elektronica van de poolvlaktes van het debuut ‘Melody AM’ een breder poppy randje kreeg op ‘The understanding’. Vorig jaar verscheen ‘Junior’, die eerder voor de gulden middenweg ging en een keur aan gastvocalistes had, die het album kleur gaven. Lichtvoetig, hartverwarmend, ijzig en vrolijk. De opvolger ‘Senior’ is de andere kant van ‘Junior’ en benadert nog meer dan het debuut soundscapes van de poolvlakte. Een filmische aanpak en weggelegd voor documentaires. Geen popsongs, dromerige vocals of catchy ritmes dus, maar sferische, beeldrijke, introverte elektronica (luister maar eens naar de tweede helft van de cd!), die af en toe eens forser durft te klinken door de grooves (“The alcoholic” en “Tricky two”, die we in een andere versie horen).
Met dit album heb je een ideale yoga les, kom je tot rust, voel je letterlijk een knetterend haardvuur of een ijzige wind bij een wandeling …
‘Senior’ integreert geen hippe dance stijlen en slaat geen nieuwe paden in . Een rustgevende vierde plaat, die de heren probleemloos naast Air plaatst.

Junip

Fields

Geschreven door

De Zweed José Gonzalez kennen we van het debuut ‘Veneer’ en de tweede cd ‘In our nature’; hij fabriceerde twee onnavolgbare breekbare covers, namelijk “Heartbeat” (The Knife) en “Teardrop” (Massive Attack). Wereldwijd succes verkreeg hij met z’n melancholische ‘treurwilg’ sing/songwriterpop, een combinatie van mans intens gevoelige gitaarspel en z’n warme, fluwelen stem. Twee cd’s intieme gitaarpop, candlelightvoer!
Maar al enkele jaren lang teisterde het muzikale virus om met vrienden Tobias Winterkorn (toetsen) en Elias Araya (drums) een plaat uit te brengen. En zoals we Gonzalez nu al een beetje kennen, de songs moeten rijpen. Hij is er alvast in geslaagd met Junip een pracht van een debuut af te leveren, uitermate beheerst, doordacht en subtiel. Een ingetogen en diverse plaat, een fusion van pop, folk, psychedelica, ‘70s, americana en soul/jazzy loops.
We horen hypnotiserende, spannende, broeierige songs als “In every direction”, “Don’t let it pass”, “Off point, “Always” en “Tide”. Ook de andere songs moeten echt niet onderdoen qua opbouw, intensiteit en emotie. Er is de subtiliteit op het broeierige “To the grain”, de indie dringt diep door op “Howl”, die het nauwst leunt aan The Feelies en “Sweet & bitter” intrigeert door de zalvende drums.
Junip is niet zomaar een samenwerking , maar is een volwaardige band die een fraai geheel brengt en verrassend sterk uit de hoek komt.

The Chemical Brothers

Further

Geschreven door

Tom Rowlands en Ed Simmons hebben op compromisloze, speelse en ontspannende wijze gewerkt aan de zevende plaat; na ‘We are the night’ en het samenstellen van boordevol restmateriaal en experimentjes op ‘Brotherhood/Electronic battle weapons’.
We horen de gekende combinatie van pop, elektro, chemical dance, krautrock, psychedelica en Britpop , netjes gelaagd door trancegerichte zalvende beats en dromerige soundscapes; nergens echt overdreven, vettig, bonkend of pompend. Geen massieve danstracks met forse breakbeats zijn te horen en ook de huidige ontwikkeling van o.m. dubstep binnen het moderne dance/elektronica landschap raken ze maar matig. Intro’s houden wel lang aan en climaxen blijven wat uit, maar vervelen doet het niet!
Geen grootse hits, maar goede nummers als “Espace velocity”, “Horse power” en “Swoon”. “Dissolve” refereert op z’n beurt aan het oude Spacemen 3 met de Britpoppsychedelica. En inderdaad er is ook geen overdaad aan gastvocalisten.
The Chemical Brothers braken met de jaren al wat minder potten, en winnen net als Underworld niet meer de jonge zieltjes; ze worden een dagje ouder en laten het ‘real to real’ dancegehalte wat links, maar brengen wel een intrigerend boeiend concept uit op de leest van  Underworld en Royksöpp.

Hooverphonic

Hooverphonic – ‘tryout’ als aanzet naar het clubcircuit …

Geschreven door

Een week vóór Hooverphonic z’n clubtour definitief afschoot met de nieuwe jonge zangeres Noémie Wolfs, zocht de band den buiten op en hield halt in het pittoreske Dranouter in de Westhoek. Een ‘tryout’ concert, een warming up en een laatste vingeroefening naar het echte werk en de vuurdoop in de clubs.
Het deed de tandem Callier – Geerts deugd er opnieuw als band te kunnen zijn. Eerder werd de tienjarige carrière van de band besloten, gezien zangeres Geike Arnaert de band verliet en haar eigen weg ging, een muzikale carrière die ze startte met o.m. het Dorleac project met Spinvis.
Hooverphonic trok een streep op hun hoogtepunt met Geike, een oeuvre van fijn, uitgekristalliseerd, uitgebalanceerde materiaal van trippop en filmisch dreigende en bevreemdende sounds, soms rijkelijk ondersteund van bombast en orkestraties. Naar het eind klonken ze rauwer en kregen de songs een sterke ‘60s rock’n’roll tint.

Tja ‘that was then, this is now’ … na een reeks selectierondes kwamen de twee heren terecht bij de jonge Noémie, die wel de dochter of de veel jongere zus kon zijn van de twee andere. Haar stem klonk meer soulful, korrelig, doorleefd en was minder hemels en breekbaar. De nieuwe plaat ‘The night before’ klinkt dromerig, krijgt kleur door strijkersarrangementen en neigt niet naar bombast; een ‘80s wave referentie is aanwezig en ze durven variëren met ‘60s gitaar rock’n’roll en een filmische spaghettiwestern klank! Meeslepend materiaal, dat een opbouwende groove en een hoger tempo aankon. De plaat pint zich vast aan ‘The magnificent tree’ en ‘Jackie Cane’.
Live kunnen we U ook geruststellen, duidelijk was dat de band met hun nieuwe zangeres op elkaar was ingespeeld … en kleine foutjes mogen er zijn op een tryout. Noémie is extraverter, liet in interviews al een zelfverzekerde indruk na en was hier haar zenuwen de baas. Ze was gekleed in een rood-zwart gestreepte trui, de schouders (lichtjes) ontbloot, felrode lippen en een indringende blik, net als op de plaat … Ze benadrukte nog wel eventjes de statische, coole opstelling van Geike aan de microfoon, in het midden van de band, maar had voldoende lef om het publiek in te nemen.
Het zeskoppige Hooverphonic gaf de nummers een gepast gevoelig, snedig en subtiel gitaarspel en een diepe bastune; de toetsen en synths zorgden voor het juiste tegenwicht. Op gang kwamen ze met het nieuwere werk, waarbij al vroeg de puike single en titelsong van de cd ‘The night before’ werd gespeeld; een goede aanzet trouwens om vertrouwen te winnen. “Club Montepulciano” en “2 wicky” waren de eerste oudjes, klonken ietwat anders met de jaren en Noémie zong ze met een diepere, vollere stem, minder hoog, indringend en dreigend. Ze bleven overeind! Na het poppy “Anger never dies”, ademde de combinatie “Identical twin” (intens, broeierig, spannend, bezwerend en gedragen door piano- stem), “Expedition impossible” (repetitief opbouwend) en “George’s café” (bepaald door het akoestische gitaargetokkel en viool), de sfeer van een bruine kroeg. Ook een soundtrackgevoel en beelden van spaghetti westerns borrelden op. Het sfeervol “Encoded love” werd meer & meer opwindend door de opbouwende groove.
Wat volgde, was een ‘best of’ in een ietwat gewijzigde versie met o.m. “The world is mine” en “Jackie Cane”, de ene met het herkenbare, bepalende baslijntje, de andere door  het treffend gitaargetokkel. Het podium kreeg een rode gloed op de classics “Mad about you” en “Sometimes”, vocaal meer doorleefd, maar die eigenlijk achterna gezien enkel door Geike maar kunnen huiveren en kippenvel bezorgen. Noémie was vindingrijk genoeg om het refrein van “Sometimes” zachtjes te laten meezingen en - neuriën door het publiek.
Na iets meer dan een uur werd de set besloten. Er was ruimte, veel ruimte om nog een resem songs voor te stellen. Ze wisselden de bekende “Eden” en “Vinegar & Salt” af met het avontuurlijke “Renaissance affair” van ‘Blue wonder power milk’, een schitterende donker onheilspellende sfeermaker door de repetitieve opbouw, die mooi uitgesponnen werd.
Tot slot speelden ze nog enkele ingetogen broeierige songs van ‘The night before’, “More” en “Danger zone”. “How can you sleep” stond eerst voor de ideale nachtzoen van Noémie, maar door het poppy en de krachtiger wordende aanpak, werden we wakker geschud, en tot slot overstelpt van zich afbijtende gitaren ... Een overtuigende afsluiter …

Hooverphonic heeft het verlies van Geike verteerd en komt zelf spontaner en losser voor de dag. Ondanks het feit dat er muzikaal niet echt veel verschilpunten zijn met vroeger, is toch een nieuw hoofdstuk aangesneden …

Neem gerust een kijkje naar de pics die werden genomen tijdens hun concert in de Ancienne Belgique, Brussel op 30 januari 2011

Organisatie: Muziekcentrum Dranouter (Festival Dranouter), Dranouter

Sheer Terror

Sheer Terror - onkruid vergaat niet! – ‘Ugly don’t die - exclusive European show’

Geschreven door

Het was meer dan 10 jaar geleden dat we Sheer Terror nog eens live aan het werk konden zien. Ondergetekende was namelijk getuige van het ‘allerlaatste optreden ooit’ – dixit Paul Bearer – in 1998 op het Dour festival. Bearer was toen de ‘vernieuwde, commerciële’ hardcore-scene zodanig beu dat hij zijn ontgoocheling niet onder stoelen of banken kon steken. Hij ventileerde toen zijn woede in een niet misverstane speech na het laatste nummer en ritste zijn ‘bulldog-bomberjack’, zei dat hij het definitief voor bekeken hield en met zijn typische ‘angry face’ gaf hij het publiek nog een laatste maal “The finger”, draaide zich om en was voorgoed weg. En hij meende het maar al te goed. Sheer Terror was niet meer.

In oktober 2004 besliste Sheer Terror om hun NY-fanbase, die nooit de kans kreeg om deftig afscheid te nemen, op 2 final farewellshows te trakteren in de legendarische CBGB’s club. Deze shows waren in een mum van tijd uitverkocht. Beelden van beide shows werden, samen met een documentaire, gebundeld in de ‘
Beaten By The Fists Of God DVD’ in 2005.
Toen de band met een volledig nieuwe bezetting (enkel zanger Bearer is de enige constante) na jaren afwezigheid in augustus 2010 zijn opwachting maakte op het jaarlijkse ‘This is Hardcore’-festival in the Starlight Ballroom in Philadelphia ging dit als een lopend vuurtje via de electronische snelweg de wereld rond. Menig hardcore-minded hart klopte enkele tellen sneller en speculaties over een nakende comeback vulden menig forum op het worldwide web.

Vorige zaterdag werd deze speculatie een feit en konden we getuige zijn van deze al geruime tijd aangekondigde comeback van de in 1984 opgerichte NY-hardcore pioniers. Organisator Heartbreaktunes wist de helden namelijk te strikken voor een éénmalige Europese show in een overvolle Trix in Antwerpen. ‘Die Hard’ fans van het eerste uur kwamen dan ook van heinde en verre om deze unieke kans niet aan zich voorbij te laten gaan. Het internationale publiek bestond naast een overgroot deel landgenoten uit Hollanders, Fransen, Duitsers, Engelsen, Scandinaviërs en last but not least een verdwaalde, dronken Pool. Kortom: een zootje ongeregeld.
Om 22h30 schalde het heroïsche “Also sprach Zarathustra” van Richard Strauss (cf. de openingsscene van “2001, A Space Odyssey “ van Stanley Kubrick) door de boxen. De vernieuwde line-up onder leiding van Reverend Paul Bearer kwam onder luid applaus het podium opgewandeld. Bearer, fles Scotch stevig geklemd in de hand, vroeg hoe het gesteld was met zijn talrijk opgekomen publiek. Hij kreeg enkel enthousiaste positieve bevestigingen. De laatste tonen van de klassieke intro waren nog niet uitgedeind of klassieker “Here to stay” werd op een wild en enthousiast publiek losgelaten, direct gevolgd door “I spoiler” (beide songs uit het ‘Just can’t hate enough’ album uit 1990).
Bearer (half mens – half bulldog) liet er geen gras over groeien en blafte gretig de hardcore lyrics in de gezichten op de eerste rij. Nu en dan duwde hij zijn mic in het gezicht van een ad random fan die de teksten uit volle borst meezong. Het voorste gedeelte van de zaal kolkte van bij de eerste tonen tot de laatste noot. Stagediven, crowdsurfen en lanterfanten in de moshpit waren schering en inslag.
Geruggesteund door een stevige ritmesectie en een gitarist met een ‘serial killer look’, raasde Bearer als een hondsdolle stier het podium af en aan. Ouder werk “Ashes, ashes”, “Walls” en “Twisting and Turning” werd afgewisseld met songs uit latere albums, “Love songs for the unloved’, “Don’t hate me ‘cause I’m beautiful” en “Bulldog”.
Brulboei Bearer zong zijn halsslagader bijna uit zijn vel en met een roodaangelopen hoofd om U tegen te zeggen, brieste hij zodanig dat een kennel pitbulls met de staart tussen hun poten (moesten ze al een staart hebben) de aftocht zouden blazen.
Dit in schril contrast met de ‘reverend’ Bearer tijdens de bindteksten tussen 2 nummers door. Daarin zag je de andere kant van de zanger, die hilarische one-liners op het publiek losliet. Hij bleek een ruwe bolster met een blanke pit, die gespeend van enige zelfkritiek (over de top narcisme) de lachers op zijn hand kreeg. Hij kan gerust een carrière als stand-up comedian ambiëren. Het enige nadeel was dat het concert hierdoor vaart miste (de bindteksten waren soms langer dan de songs zelf). Maar het publiek zag er geen graten in.
Na een groot uur stapten Bearer en co het af, maar dit was maar van korte duur, daar het publiek nog honger had naar meer. Het werd op zijn wenken bediend met nog een 3-tal kopstoten van jewelste: “Everything’s fine” (een cover van de legendarische Australische band The Saints), “Just can’t hate enough” en “Cup ‘O Joe”. Toen was het over en out.

Bearer beloofde spoedig terug te keren naar ons landje met nieuw werk en verdween dan definitief in de coulissen. Sheer Terror toonde (in tegenstelling tot de support acts) hoe een oldskool hardcore gig moet gebracht worden: eerlijk, rauw, beenhard, zonder compromissen en vooral met héél véél energie. We kunnen niet wachten tot er nieuw materiaal op ons losgelaten wordt!
Sheer Terror is terug springlevend of zoals ze het zelf aangeven: “Ugly don’t die”!

Organisatie: Heartbreaktunes i.s.m. Trix, Antwerpen

Buurman

Buurman – Omdat goede ‘buren’ belangrijk zijn

Geschreven door

Limburgers zijn sympathieke, warme, maar vooral ondernemende mensen. Hoe verklaar je anders dat de aardige, verre buren van Buurman bereid waren om helemaal tot in de andere hoek van het ‘land met de afgrond’ af te zakken voor een try-out concert. Ongetwijfeld zullen ook andere belangen hen gelokt hebben naar het verre Dranouter. Waren ze vorig jaar reeds de revelatie van het wereldbefaamde Folkfestival, in 2011 zal deze band van Geert Verdickt ongetwijfeld z’n plaats vinden op het grote podium. Volkomen terecht want deze try-out, als voorbereiding op de nieuwe theatertournee ‘Flou Artistiek’, was er eentje om in te kaderen en getuigde van een zeldzaam geziene klasse en amusement van eigen bodem.

Voor wie Buurman niet kent laat ik even weten dat deze band Nederlandstalige, vaak poëtische songs brengt. Het debuut ‘Rocky’ was vooral een mix van Chanson, Folk, Kleinkunst en lichtvoetige Fanfarepop. De band werd meer dan eens vergeleken met de broeders van Yevgueni. Buurman heeft echter veel meer in huis en laat op het tweede album ‘Mount Everest’ een veel breder en tegelijkertijd toegankelijker geluid horen. ‘Mount Everest’ is veel meer een popplaat geworden zonder het geluid van het debuut helemaal te verloochenen.

De bombastische opener van de nieuwe plaat “In Godsnaam” mocht ook deze try-out in gang schieten. Dat men nog steeds even trots is op de eerste plaat, liet men al vrij vroeg horen in “Rocky”, dat werd gespeeld met vriendschap en liefde voor hun trouwe broeder! Andere vroege hoogtepunten waren ongetwijfeld het filmische “Zweef” en het stevig rockende: “Omarm Mij”. “Bent U er nog? “, vroeg boegbeeld Verdickt naderhand aan het publiek, dat net ervoor van zijn stoel was geblazen. Een publiek dat zichtbaar genoot en de deskundigheid en klasse van de 5 Buurmannen van Geert naar waarde wist te schatten.
Zanger Geert zelf was ‘een beetje ziekskes’, maar gaf desondanks alles wat hij in zich had. Naast een brede waaier aan muzikale sferen en doorleefde emoties, was er ook ruimte voor het wat lichtere werk. Zo kwam de Buurman evergreen “Mooi Weer en Fruitsla” als een welgekomen zachte zomerse regenbui aan de Middellandse Zee. De set zat goed in elkaar en kwam tot een nieuw hoogtepunt toen het publiek actief deelnam aan een feestje met “Seks en Slechte Whisky”. In schril contrast stond deze ludieke publieksparticipatie met het intieme en melancholische “Tot De Zon Weer Voor U Schijnt”; met een breekbare Geert Verdickt aan de piano in een wondermooie ode aan zijn dochtertje.
Tot slot beklom men nog de “Mount Everest” en keerde men terug naar het beginpunt waar het voor de heren allemaal mee begon, de allereerste Buurman single “God, Ik en Marjon”.
Bissen kwam men met “Pruimelaar” en de nieuwe single en Vox hit (Radio 1) “Londen Stansted”. “Sommige Mensen”, geschreven door Lars Van Bambost, liet de kleine zaal nog een allerlaatste keer uit de bol gaan.

Buurman bewees met deze try-out (What’s in a name!....dit was echt wel een volwaardig concert!) klaar te zijn voor de grotere podia en theaters. Eind deze maand is er de aftrap van de nieuwe theatertournee in de Brusselse Ancienne Belgique. Ga ze zien want dit is de allerbeste Nederlandstalige band van het moment. Rocky, Annemie, Marjon en zelfs God…ze zullen er allemaal zijn.

Setlist: *In Godsnaam *Speling Van Het Zonlicht *Rocky *Alles In Zwart-Wit *Zweef *Omarm Mij *Mooi Weer En Fruitsla *Casablanca *Pas 18 *Rockster *Middellandse Zee *Seks En Slechte Whisky *Mount Everest *Tot De Zon Weer Voor U Schijnt *God, Ik En Marjon
*Pruimelaar *London Stansted *Sommige Mensen

Video Live Reports: (Videoplaylist Buurman @ Dranouter 2011: (Part 1 - Part 4)
http://www.youtube.com/view_play_list?p=CD16AFF52ECBFE3C

Photo Slide Show:
http://www.slide.com/r/RF5yIWZ_3D8ks8pmEk9NB1YSg2Wkauso?previous_view=lt_embedded_url

Organisatie: Muziekcentrum Dranouter, Dranouter

Hautekiet en De Leeuw

Hautekiet en De Leeuw: twee vrienden op drift

Geschreven door

Hollandse Halve Belgen, het is een diersoort die opvallend goed gedijt op Vlaamse bodem. De zeemzoeterige Beatles rip-off van Joost Zweegers, de lekkere gerechjes van Sergio Herman en de bokkesprongen van Jos Lansink zijn intussen genoegzaam bekend, maar onze favoriete HHB moet met ruime voorsprong toch wel Rick De Leeuw zijn. De voormalige frontman van de vrolijke (punk)rockbende Tröckener Kecks is niet echt sant in eigen land, maar lijkt vooral onder de Moerdijk opvallend veel vrienden te maken. Met één van zijn grootste boezemvrienden, radiopionier en Radio 1 baas Jan Hautekiet, vormt De Leeuw sinds 2004 trouwens een muzikaal gelegenheidsduo dat inmiddels aan haar derde theatershow bezig is.
Tijdens ‘Op Drift!’ gaat het onwaarschijnlijke duo dieper dan voorheen graven in de grote levensvragen, enkel gewapend met een reeks (vooral nieuwe) liedjes, gedichten en verhalen. Elke voorstelling die een ondertitel draagt als ‘Een work-out voor oog, oor, ziel en hart’ prikkelt onze nieuwsgierigheid, dus gaven wij acte de présence op één van de laatste voorstellingen van de ‘Op Drift!’ tournee die afgelopen vrijdag in de statige Brugse Stadsschouwburg halt hield.

Artiesten die vanaf de eerste seconde het publiek op het verkeerde been zetten, we lusten er wel pap van. Het was immers niet de rustige vastheid Hautekiet maar wel de hyperkinetische duivel-doet-al De Leeuw die bij aanvang plaats nam achter de zwarte vleugelpiano om een monotoon en  dreigend riedeltje in te zetten. Pas na enige tijd verscheen ook zijn Vlaamse kompaan voor de microfoon om droogjes een tekstfragment uit “De Koning Der Nederlanden” te debiteren. De rollen werden echter al vlug omgedraaid. Hautekiet heroverde zijn vertrouwd zitje achter de piano, en met bevlogen versies van “Deze Oude Wereld” en “Zoek Niet Langer” trok De Leeuw de set op gang. Net wanneer het publiek denkt een knus avondje kleinkunst voor de boeg te hebben gaat de voorstelling plots een andere kant op. De Leeuw gaat rustig zitten en bevestigt zijn reputatie van meesterlijke verteller tijdens “De Koning en De Dood”, een hedendaags sprookje over de tweestrijd tussen de wil om te leven en de onontkoombare dood. Hautekiet duikt ondertussen in de klankkast van zijn piano en mishandelt er de snaren totdat er een grillige soundtrack bij het verhaal wordt tevoorschijn getoverd. Een eerste hoogtepunt noemen we zoiets.
Tijdens “Dit Is Echt” draaft een overdreven molenwiekende De Leeuw over het podium, en Hautekiet grijpt dit moment meesterlijk aan om zijn Hollandse ‘vriend’ een lesje in zelfrelativering aan te smeren. De Radio 1 baas gaat er weliswaar prat op om geen namen te noemen, maar zijn ironische uithalen naar egotrippende rocksterren zonder inhoud zijn heerlijk precies op het lijf van De Leeuw geschreven. De rijzige Hollander met Vlaamse voorliefde gaat eerst prompt in de tegenaanval, maar laat vervolgens zijn sympathie voor Hautekiet blijken door een vers uitgeschonken Duvel op diens piano neer te planten. Stilaan wordt ook duidelijk waarom de voorstelling nu eigenlijk ‘Op Drift!’ heet. Met dit soort driftige sketches herdefiniëren de twee heren meteen ook het begrip ‘vriendschap’: grondig van mening verschillen en soms discussiëren tot je er bij neervalt, maar op het eind van de dag ga je toch steeds met een handdruk of een knuffel uit elkaar.
De sfeer wordt andermaal omgegooid met een liefdesliedje uit, jawel, de Tröckener Kecks catalogus. Ontdaan van alle studiofranjes klinkt “Ik Denk Nooit Meer Aan Jou” uit het afscheidsalbum ‘TK’ (2000) raker dan ooit. Alweer een hoogtepunt, maar dan verpakt in kippenvel.
Het geamuseerde publiek geniet met volle teugen, ook wanneer Hautekiet na een nieuwe anekdotische woordenwisseling met een Duvel in de hand eerst het podium en tenslotte ook de zaal verlaat. Na een reeks smeekbedes verklaart een te trotse De Leeuw dat niet hij maar iemand uit het publiek de pianist dan maar moet terughalen. Of ene Carla wel of niet deel uitmaakte van het complot laten we hier even in het midden, feit is wel dat deze enthousiaste toeschouwer Hautekiet terug de zaal instuurde voor een zinderende finale. Deze wordt ingezet met vrije interpretaties van Bob Dylan’s “Like A Rolling Stone” en Léo Ferré’s “Thank You Satan”, en als klap op de vuurpijl een magistrale vertaling van “Venus In Furs”. Hautekiet en De Leeuw, even in de huid van het onderkoelde Velvet Underground duo Cale en Reed, deden dit onvolprezen stukje muziekgeschiedenis alle eer aan. Al hoorde je die niet echt, toch bleef de laatste noot ervan nog nazinderen toen de heren het podium inmiddels al hadden verlaten.
Voor de verplichte encore hadden we stiekem gehoopt op de moderne kleinkunst klassieker “Het Leven Is Nog Nooit Zo Mooi Geweest”, maar toen de keuze uiteindelijk op “Wat Telt Is De Liefde” viel konden we daar wel mee leven.
Met het finale “Mijn Vriend” en een klapzoen van Hautekiet aan De Leeuw werd de vriendschap tussen de integere intellectueel en de punkpoëet met piekhaar op passende wijze beklonken.

En zoals het goede vrienden past vervolgen beide heren binnenkort terug hun eigen weg, maar wanneer ze elkaars pad straks opnieuw kruisen komt daar gegarandeerd terug heerlijke muzikale hommeles van. Laat maar komen dus die volgende theatertournee!

Ohja "In geen tijden zo genoten als vandaag" (Uit "Een Dag Zo Mooi" van Tröckener Kecks)

Organisatie: Cultuurcentrum Brugge, Brugge

The Courteeners

Falcon

Geschreven door

Het Britse Courteeners uit Manchester leunt toch wel erg nauw aan de ‘90s Britpop van The Stone Roses, Wedding Present en James en later van Oasis, Pulp en Supergrass. En heeft The Smiths en Morrissey als voornaamste idool en inspiratiebron. Ze zijn toe aan de tweede cd, ‘Falcon’ volgt ‘St Jude’ van 2008 op.
Ze spelen toegankelijke, melodieuze en sfeervolle pop, met een folky ondertoon, soms ondersteund van orkestraties, o.m. op “Take over the world”, “Cross my heart & hope to fly” en “You overdid it doll”. Soberder gaan ze dan te werk op “The rest of the world”, “Cameo brooch” en “Last of ladies”. Pakkend werk dus!
Maar ze blijven niet hangen binnen dit concept en kunnen forser, harder en directer klinken, waaronder “The opener” en de extra tracks op de bonus.
In eigen land zijn ze al redelijk populair. Over de plas moet het vuur nog aangewakkerd worden!

Pagina 702 van 880