Het leven kan soms mooi zijn. Dat muziek hiertoe kan bijdragen, moet ik jullie waarschijnlijk niet vertellen. Bij het horen van het nieuwe werk van Krokus besef ik dit maar al te goed. Met ‘Hellraiser’ wist hardrocklegende Krokus opnieuw een prachtige plaat af te leveren. Nadat deze band, in 1976 hun eerste album uitbracht, ondergingen ze tal van line-up wissels. Waarvan één van de opvallendste waarschijnlijk de terugkeer van Marc Storace is. Eind 2001 besloot de charismatische frontman, die in de jaren ' 80 Krokus naar grote hoogten hielp, om terug te keren. Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik de muzikale koers van Krokus tot nu toe niet echt volgde, maar na dit album gehoord te hebben zal daar zeker verandering in komen.
Krokus mag dan al een dikke 30 jaar bestaan, de melodieuze hardrock waar de band naam en faam mee verwierf, slaat nog altijd aan. Deze band is waarschijnlijk bij de meeste jongeren onbekend, maar de oudere hardrockfans weten wat ze van Krokus kunnen verwachten. Ook dit album mag weer gezien worden. Krokus brengt met ‘Hellraiser’ opnieuw een oerdegelijke hardrock-plaat zonder al te veel originaliteit. Wie de rockende riffs van AC/DC en de melodieuze stukken van de Scorpions weet te appreciëren, zal in dit album een ideale combinatie vinden. De zangpartijen van Marc Storace zijn ongetwijfeld een reden waarom Krokus vaak vergeleken wordt met AC/DC. Bij momenten doen zijn vocals namelijk erg veel denken aan niemand minder dan Bon Scott.
Met als openingsnummer "Hellraiser" is de trend voor het album al onmiddellijk gezet. Met dit nummer laat Storace, Bon Scott als het ware herleven. De bluesy rocktonen brachten mij onmiddellijk in een feeststemming en ik kon het niet laten om mijn hoofd lichtjes heen en weer te schudden. Lead gitarist Mandy Meyer weet perfect de accenten te leggen in "Hellraiser" en zorgt er mee voor dat dit nummer uitschiet op een zeer degelijk album. "Too Wired To Sleep" bouwt verder op het openingsnummer en blijkt dus opnieuw een aardig nummer te zijn. "Hangman" kan jammer genoeg niet aan zijn voorgangers tippen. Het tempo gaat hier wat verloren en het al te vaak herhalen van het refrein, zorgt ervoor dat dit nummer na 2 minuten al wat langdradig begint te worden.
De tempo-daling bleek achteraf wel zijn nut te hebben als aanleiding tot de ballad "Angel Of My Dreams". Dit nummer begint met een vaak terugkerende opgewekte melodielijn. Naast de aardige zangprestatie weet ook Mandy Meyer zich in de kijker te spelen. Het volgende nummer, "Fight On", moet het vooral hebben van de pure vocals, muzikaal is dit nummer namelijk beperkt tot een zwaardere rythm gitaarriff en een basisdrumlijn. Een niet onaardige futuristisch klinkende solo op het einde van dit nummer is het enige muzikale hoogstandje. Begrijp me echter niet verkeerd, ondanks dit alles, is "Fight On" toch een goede song.
Met "So Long" zijn we aangekomen tot een persoonlijk hoogtepunt. De invloeden van de Scorpions doen zich hier duidelijk gelden. Vooral de melodieuze leads en de rustige sfeer, in combinatie met de hogere vocalen die Storace hier brengt, creëren die Scorpions achtige sfeer. Net op tijd weet Krokus het tempo van de cd weer op te trekken, ondanks het schitterende "So Long" zou een ander rustig nummer er ongetwijfeld teveel aan geweest zijn. "Spirit of the night" is meteen één van de snelste nummers van dit album en toont aan dat Krokus ook een deftige "powermetal" song in elkaar kan boksen. Daarna is het opnieuw de beurt aan een deuntje bluesy rock. "Midnite fantasy" beschikt over een hoog meezinggehalte en zou live waarschijnlijk, tot een ware klassieker kunnen uitgroeien zijn. Ware het niet dat dit nummer hopeloos te laat komt. Nu is het nummer al lang niet origineel genoeg meer. Wat niet wil zeggen dat dit geen schitterende song is.
"No Risk No Gain, No Fight No Glory", dit moet zowat het prachtigste refrein zijn op het hele album. Dit nummer klinkt alsof het met dol enthousiasme werd ingespeeld en stemt me al onmiddellijk een stuk vrolijker. Dit is hoe hardrock voor mij zou moeten klinken. Lekker rockend, enthousiast en met een prachtig meezingbaar refrein. "Turnin Inside Out" zet dit enthousiasme verder. Net als "No Risk No Gain" beschikt dit nummer over een aanstekend rockend ritme, waarbij je niet stil kunt blijven staan.
Met "Take My Love" is het opnieuw tijd om wat emoties boven te halen. Opnieuw daalt het tempo en krijgt Storace de kans om te tonen hoeveel gevoel hij in zijn stem kan leggen. Dit nummer schept voor mij de sfeer van een zomers openluchtfestival, waar je samen met je geliefde laat in de avond zeker van dit nummer zou genieten. De laatste drie nummers "Justice", "Luve Will Survive" en "Rocks Off!", zijn nog stuk voor stuk deftige nummers zonder erg vernieuwend te zijn. Alles wat in deze nummers voorkomt, lijkt al eerder gehoord te zijn, zowel op deze cd als bij andere bands. Toch kan dit de pret niet bederven en zijn dit aardige aanvullers op deze cd.
Fans van Krokus zullen met dit album ongetwijfeld tevreden zijn, maar ook wie Krokus nog niet kent of wie van echte hardrock houdt, kan ik deze cd zeker aanraden. Zelfs al zijn de nummers niet altijd even origineel, Krokus weet het toch te presteren om een album met prachtige nummers te vullen. Laat u dus door niets of niemand tegenhouden om ‘Hellraiser’ te kopen.