Bliek - Ook leuk als het geen ‘zundag’ is
Het gebeurt niet zo vaak dat we Bliek in vol ornaat kunnen bewonderen: in een knusse zaal, met perfect licht en geluid, met alle toeters en bellen inzake backing vocals en begeleiding, … Toen de kans zich aanbood in de Magdalenazaal in Brugge hebben we dan ook niet getwijfeld.
Hoewel er bij momenten stevig gerockt werd op het podium, brengt Bliek eerder luistermuziek en daarom hadden ze de zittribune geplaatst in de MaZ. Het helpt inderdaad om in de juiste stemming te komen. Het concert kreeg als slagzin ‘Me Kunn geboaren dat zundag is’ en de setting gaat wat in die richting.
Bliek is net als Augustijn, Tijs Vanneste en Kobe Sercu één van die artiesten die de dialectsongs weggehaald hebben van de kleinkunst en de folk. Met die genres is op zich niets mis, maar het publiek kleeft daar etiketten op die daar niet altijd op thuishoren.
Bliek brengt in het Brugs muziek en teksten op het kruispunt van The National, the Nits, The The en Smith & Burrows. Rustig van tempo, melancholie zonder tristesse, herkenbare emoties in soms vertrouwde en soms verrassende arrangementen, de blik op vandaag en op hier, van de eigen navel extrapolerend naar het grotere geheel, …
De muzikale loopbaan van Peter De Blieck als Bliek begon met een vertaling/cover/interpretatie van een nummer van Tom Waits. Sindsdien volgden nog spaarzaam wat optredens, vooral in Brugge, en al net zo spaarzame releases. Ondanks dat er nog maar vijf Bliek-songs op Spotify staan, kan hij makkelijk de avond vullen met eigen werk.
Hij start met “Wachten”, één van zijn oudste nummers, en doet dat solo op toetsen. Voor “Slapen” – met een tekst die een klein beetje gelijkloopt met “1 Nacht Alleen” van Doe Maar – komt de band mee op het podium. Het luide van de full band-rockbezetting zorgt voor een mooi contrast met verzuchtingen als ‘loat mie moar slapen’.
Het innemende “Ostende” gaat over de liefde/haat-verhouding van de Bruggeling met de koningin van de badsteden, over wandelen op de dijk en het eten van garnaalkroketten. “Hoar Me Zeggen Ja” klinkt live net iets anders dan de versie op Spotify: een breder arrangement, de toevoeging van backing vocals, een pittiger gitaarsolo.
“The Look You Give That Guy” van Eels werd zopas nog vertaald door Guido Belcanto tot “De Blik Die Je Die Gast Geeft”. Bij Bliek wordt dat “Lik Da’j Gie Kiekt” en het nummer begint heel stil en breekbaar, zonder drums maar met een borsteltje dat zacht over de ritmebox wrijft, om van daaruit open te bloeien naar bruisende rock. “Wienter” kennen we ook van Spotify. Hoe graag we Bliek ook ophemelen, als je ‘hesp en chicons’ laat rijmen op ‘zout onder je talons’, dan ben je uit de juiste polder-klei getrokken. “Wachteki” verzuipt een beetje in teveel rockend spierballengerol, maar Bliek zoekt een evenwicht in de emoties die hij brengt. Met teveel trage en trieste songs beginnen zijn vrienden zich zorgen te maken over zijn mentale toestand.
Peter De Blieck is niet de performer van de grote gebaren of grappige bindteksten. Als een soort van verstrooide professor zoekt hij zijn weg op het podium en moet hij voortgaan op de aanwijzingen van de backing vocals om te weten wanneer hij het pedaaltje van zijn gitaar moet indrukken. Maar achter zijn keyboard voelt hij zich wel helemaal in zijn sas. Hij zou al zijn songs ook solo kunnen brengen, met live een nog betere verstaanbaarheid, en toch voegt de band extra laagjes toe die we niet zouden willen missen.
“37°” is op de papieren setlist herdoopt tot “Tarn”. Deze song blies mij helemaal van mijn sokken in de studio-versie en ik was heel benieuwd naar de live-uitvoering. Bliek en zijn band slaagden erin om “Tarn” live net zo majestueus, bijna als een ritueel, te brengen en er met de gezongen intro nog een extra dimensie aan toe te voegen. “Mama” wordt aangekondigd als een meezingmoment en het publiek wil daar met veel enthousiasme op ingaan, maar vindt in deze melancholische song niet het juiste moment om dat voluit te doen. Als ‘weerwraak’ wordt ‘mama’ de kreet van het publiek telkens Peter hen tot een reactie uitnodigt.
In “Droom” heeft Bliek een stukje poëzie van de Brugse dichteres Patricia Lasoen verwerkt. In de finale zit een fenomenale gitaarsolo van Serge Hertoge waarvan we hopen dat die dat kan evenaren voor de studio-opname die hier hopelijk op volgt.
In “Revolutie” kijkt de zestiger die Bliek is terug op zijn studententijd en de wereldveranderende ideeën die hij toen had, met de bedenking dat hij daarvan niet veel terechtgebracht heeft, ‘maar jullie precies ook niet’. De reguliere set wordt afgesloten met “T’is Al Zo Lange”.
In de bisronde is er plaats voor twee covers/vertalingen. De eerste was “Olles Is Vo Niet/All This World Is Green”, het Tom Waits-nummer waar voor Bliek alles mee begonnen is. De tweede cover was een zinderende, voluit rockende interpretatie van “Lazarus” van David Bowie. Peter zingt deze afsluitende song in badjas, mogelijk als verwijzing naar de vele personages die Bowie aannam telkens hij een volgend album opnam.
De belangrijkste conclusie van deze avond: Bliek en zijn producers Serge Hertoge en Bart Vincent hebben nog heel wat werk op de plank om al die parels op te nemen. De wereld – ook die buiten de stadsgrenzen van Brugge – heeft meer Bliek nodig. Op Spotify, maar net zo goed met een oldschool fysieke release.
Neem gerust een kijkje naar de pics
https://www.musiczine.net/nl/component/phocagallery/category/7231-bliek-18-01-2025.html?Itemid=0
Organisatie: Cultuurcentrum Brugge